Inslijpen
De inslijpmethode wordt alleen toegepast als er een afwerkvloer aanwezig is. Hierbij komen de vloerverwarmingsbuizen in de bestaande afwerkvloer te liggen. Deze methode is uitermate geschikt als hoofdverwarming. Bij oudere woningen is een geïsoleerde ondervloer noodzakelijk. Later isoleren is ook mogelijk.
Nadat het patroon op de vloer is getekend en in groepen is verdeeld, worden de sleuven ingeslepen. Het inslijpen gebeurt met een professionele diamantzaagmachine. Met behulp van een industriële stofzuiger wordt geheel stofvrij gewerkt. Het opgezogen gruis wordt in handelbare zakken verzameld en achtergelaten om door de klant zelf te worden afgevoerd. Door het gebruik van hoogwaardige kwaliteit diamantzaagbladen is er een bijna 100% garantie dat de sleuven in de afwerkvloer geslepen kunnen worden. De afwerkvloer kan bestaan uit zandcement of anhydriet. Door beton en tegels kan niet worden geslepen.
Inslijpen is alleen mogelijk op de begane grond!
Tegels dienen eerst te worden verwijderd, waarna de vloer weer geëgaliseerd moet worden. Hierdoor is de vloer weer glad genoeg om in te slijpen en direct te betegelen.
De buisafstand bij hoofdverwarming is h.o.h. 14 cm (tussen afstand van 12½ cm)
11 – 20 m² = 2 groepen / 41 – 50 m² = 5 groepen / 71 – 80 m² = 8 groepen
21 – 30 m² = 3 groepen / 51 – 60 m² = 6 groepen / 81 – 90 m² = 9 groepen
31 – 40 m² = 4 groepen / 61 – 70 m² = 7 groepen / 91 – 100 m² = 10 groepen
Inslijpen in tegels:
Technisch gezien is het mogelijk om een vloerverwarming in te slijpen in een bestaande tegelvloer, maar omdat de hechting van de bestaande tegelvloer daardoor ernstig wordt aangetast kan er geen garantie gegeven worden op een nieuwe vloer. In het beste geval komt de bestaande tegelvloer meteen los, maar het kan ook zijn dat dit pas gebeurt bij het opstoken van de vloerverwarming. In de eerste situatie zal de tegelvloer alsnog verwijderd moeten worden, en in de tweede situatie zijn de gevolgen en kosten nauwelijks te overzien. Wij kiezen er dus bewust ook voor om dit niet aan te bieden, het risico dat het mis gaat is te groot.
Krimpnetten
Over de gehele vloer worden gegalvaniseerde krimpnetten verdeeld. Na het indelen van de groepen worden de buizen aan de krimpnetten bevestigd. Op het gemonteerde buizenpatroon kan vervolgens een afwerkvloer worden aangebracht door derden.
Het is mogelijk om de vloer te isoleren met isolatiefolie of isolatieplaten. Hierdoor ontstaat een zwevende constructie waardoor de bovenvloer onafhankelijk van de ondervloer kan uitzetten en krimpen. Langs de wanden dient een randisolatie te worden aangebracht zodat de vloer ruimte heeft om uit te zetten.
De krimpnetmethode kan worden toegepast als er geen afwerkvloer aanwezig is of als er voldoende opbouwhoogte is op een bestaande afwerkvloer (drempels, deuren!). Ook deze methode is ideaal voor hoofdverwarming. Standaard wordt de hoofdverwarming h.o.h. 10 cm (tussen afstand van 8½ cm) verlegd. Bij nieuwbouw of geïsoleerde woningen is het tevens mogelijk om de buizen h.o.h. 15 cm (tussen afstand van 13½ cm) te leggen. Hiermee wordt voldaan aan de eisen van een standaard hoofdverwarming.
11 – 20 m² = 2 groepen / 41 – 50 m² = 5 groepen / 71 – 80 m² = 8 groepen
21 – 30 m² = 3 groepen / 51 – 60 m² = 6 groepen / 81 – 90 m² = 9 groepen
31 – 40 m² = 4 groepen / 61 – 70 m² = 7 groepen / 91 – 100 m² = 10 groepen
Noppenplaten
Over de gehele vloer worden noppenplaten gelegd. Na het indelen van de groepen worden de buizen tussen de noppen gedrukt. Op het gemonteerde buizenpatroon kan vervolgens een afwerkvloer worden aangebracht, mits natuursteen of tegels direct in een zand/cementvloer worden gelegd, het is tevens mogelijk om de vloer te isoleren met isolatieplaten onder de noppenplaten.
De noppenplaatmethode kan worden toegepast als er geen afwerkvloer aanwezig is of als er voldoende opbouwhoogte is op een bestaande afwerkvloer (drempels, deuren!). Ook deze methode is ideaal voor hoofdverwarming. Standaard wordt de hoofdverwarming h.o.h. 10 cm (tussen afstand van 8½ cm) verlegd. Bij nieuwbouw of geïsoleerde woningen is het tevens mogelijk om de buizen h.o.h. 15 cm (tussen afstand van 13½ cm) te leggen. Hiermee wordt voldaan aan de eisen van een standaard hoofdverwarming.
11 – 20 m² = 2 groepen / 41 – 50 m² = 5 groepen / 71 – 80 m² = 8 groepen
21 – 30 m² = 3 groepen / 51 – 60 m² = 6 groepen / 81 – 90 m² = 9 groepen
31 – 40 m² = 4 groepen / 61 – 70 m² = 7 groepen / 91 – 100 m² = 10 groepen
[Uiteraard ook mogelijk op grotere oppervlaktes]
INBEGREPEN:
Bij onze installatie is o.a. inbegrepen:
De regelunit.
- Vloerverwarmingsbuizen
- De montage met alle arbeidskosten en reiskosten (t/m 150 km vanuit Spijkenisse)
- Het inslijpen in zand/cement of anhydriet
- De krimpnetten met randisolatie
- Noppenplaten met randisolatie
- Het aansluiten aan de c.v. installatie (indien nodig door kruipruimte), het geheel weer vullen, testen en bedrijfsklaar opleveren
- Het afkoppelen van de radiatoren bij woningen na 1990
- Opleverformulier en garantiebewijs
Vloerafwerking: (zie ook de video)
Inslijpen: Bij inslijpen is het niet noodzakelijk om de sleuven dicht te smeren als er tegels op komen. Komt er iets anders op dan is het noodzakelijk om bij de leverancier te informeren wat er moet gebeuren; dichtsmeren van de sleuven, de gehele vloer egaliseren of beiden.
Krimpnetten: Na de montage op krimpnetten kan de vloer afgewerkt worden met een zand/cementlaag of anhydriet. Ook een mogelijkheid is om de tegels/natuursteen direct in de specie te leggen. Informeer altijd even bij uw leverancier.
Legpatroon: Slakkenhuis / Spiraalsgewijs
De vloerverwarmingsbuizen worden altijd in een spiraal op de vloer gelegd, zodat er een warme en minder warme buis naast elkaar komen te liggen. Doorgaans wordt dit een slakkenhuispatroon genoemd, hierdoor wordt de vloer gelijkmatig opgewarmd.